woensdag 30 april 2014

Samaria kloof


6.15 uur 
Een tiental mensen staat te wachten voor het bankgebouw. Even later arriveert een luxe touringcar die al behoorlijk vol zit. Ik vind een krap plekje naast Betty. Zij komt vaak op Kreta.
Gaandeweg de rit naar boven zie ik op een display de temperatuur dalen van 17 graden in Chania naar 8 graden bij de ingang van de kloof. Hier kun je nog koffie drinken of iets eten. Maar omdat ik al heb ontbeten met twee koppen koffie, ga ik maar meteen op stap. 





Het eerste stuk is sterk dalend maar niet moeilijk omdat de stenen netjes zijn neergelegd. Het pad heeft ook nog een stevig hek, het is bijna te geciviliseerd! In het hoogseizoen schijnt het hier echt file-lopen te zijn. Er loopt slechts één stel voor mij. De rest is het restaurant binnengegaan. Na een tijdje neemt ook het stel een pauze en loop ik helemaal alleen op de drukste afdaling van Kreta. Het is stil. Alleen de vogels hoor je. 


Nee, af en toe hoor ik het klikken van stenen. Zoveel zullen er toch niet naar beneden vallen? Wat later zie ik waar het geluid vandaan komt, twee kloofwachters leiden ieder een muildier naar beneden. In geval van een ongeluk fungeren deze dieren als ziekenvervoer.


De eerste rustplek is al na 4 km, maar ik heb het gevoel dat ik net begonnen ben, dus loop ik verder. De muildieren heb ik inmiddels achter mij gelaten. Langs het pad staan machtige cipressen. Niet kaarsrecht zoals in Toscane maar met kronkelige stammen.
Het dal wordt minder breed, het pad meer en meer bezaaid met stenen en de rivierbedding komt in zicht. Ik ben verbaasd dat er geen water stroomt. Pas veel verder hoor ik het ruisen van een beek. Tijdens de verdere afdaling steek ik heel vaak de snelstromende beek over. Soms via keien, een aantal keer via een geïmproviseerde ladderachtige brug en een aantal keer via een stevige houten brug.




In So Maria, een verlaten dorpje waar nu alleen nog de kloofwachters overnachten, neem ik een pauze. Even de  schoenen uit en wat eten en drinken. Het is nog steeds koud. Zelfs met een trui aan. Dus al snel ga ik weer verder. Het pad is niet gemarkeerd. Wel liggen overal kastjes met brandblussers langs het traject. Steenmannetjes helpen om niet fout te lopen. Dat lijkt haast onmogelijk maar je kunt wel degelijk op het verkeerde pad raken.


Af en toe kom ik nu mensen tegen die omhoog lopen. De meesten gaan niet verder dan de 'IJzeren Poort', sommigen gaan tot So Maria en een uitzondering loopt helemaal naar boven.
Al snel na de laatste stop wordt de kloof smaller en smaller. De  'IJzeren Poort' is de benaming van het smalste deel. Het water perst zich hier door een vernauwing van nog geen 4 meter en wij 'tweevoeters' kunnen gebruik maken van een houten steiger die langs één van de wanden voert.

Even na twaalf uur check ik uit bij de controlepost aan het eind van de kloof. De 'wildernis' ligt achter mij en de 'beschaving' in de vorm van een winderig, in de schaduw gelegen terras' voor mij. 



Een eind verder op een zonovergoten terras aan zee, word ik weer warm en geniet ik van 'dakos' met een glas witte wijn. Deze tocht ging gemakkelijk. Ik ben voldoende getraind om aan de Camino te beginnen.

maandag 28 april 2014

Kreta



Chania ondergaat een kleine invasie van Japanse bruidsparen. Op verschillende plaatsen langs de haven worden fotoshoots gehouden. Een paar in een wit koetsje is omringd door fotografen en zelfs een rapportageteam van de Griekse tv. Het roomwitte koetsje met de eveneens in het wit gestoken koetsier hobbelt over de met keien geplaveide straat. Onder de koets bungelt een rode plastic emmer.


Chora Sfakion ligt aan de zuidkust. Wij parkeren de auto aan het eind van de Imbros kloof en proberen een lift te krijgen naar boven waar de afdaling begint. Er is weinig verkeer en niet iedereen zit te wachten op twee lifters. Maar na twintig minuten neemt een Griekse dame in een auto van over de houdbaarheidsdatum ons mee. De enige Engelse woorden die zij kent zijn; greeksalad en yes and no. Ons Grieks is nog bedroevender dus van een sprankelende conversatie is geen sprake. Bovengekomen blijkt zij het cafetaria aan het begin van de kloof uit te baten. De espresso, van Illy nota bene, is een onverwachte verrassing.


De Imbros kloof is een gemakkelijke afdaling in twee en half uur van 860 meter. Op het smalste punt is hij maar 1,60 m breed  en kun je beide wanden tegelijk aanraken. Het is behoorlijk druk met Fransen, Belgen, Duitsers en Nederlanders vooral dalers maar ook komen wij regelmatig stijgers tegen. De natuur is prachtig maar het is vooral de Drakentonglelie die ons fascineert.




Zondag een dagrugzakje volgepakt met kleding en fourage. De route voert ons deels via in onbruik geraakte muilezelpaden en droge rivierbeddingen bergopwaarts. Eenmaal in een smalle kloof wordt het snel donker boven ons en horen wij het onweer naderen. Met fladderende plastic capes proberen wij lijf en rugzak droog te houden terwijl wij op zoek zijn naar een schuilplaats. Dan vonden wij een ondiepe grot, jammer dat de overal aanwezige geiten deze plek ook regelmatig gebruiken. Terwijl er een soort windhoos langstrekt, gepaard gaande met veel regen, zitten wij lekker droog. Al snel trekt de lucht weer open en klimmen wij verder omhoog. Bij het dorpje Kambia snijden wij iets van de route af. Onder ons ligt Loutro, dat alleen te voet of per boot bereikbaar is. Nog anderhalf uur dalen. Een beproeving voor kuitspieren en knieën. 

Het glas bier op het terras is volledig verdiend. Heerlijk.
Voor € 30,-- vinden wij een riante kamer met uitzicht op de baai en inclusief ontbijt.

zondag 20 april 2014

Het aftellen is begonnen

Minder dan 4 weken te gaan en dan begint mijn voettocht. De TGV is geboekt en een slaapplaats voor de eerste twee nachten in St. Jean Pied de Port ook. De rugzak en overige uitrusting liggen klaar. Omdat je ieder gram 5 weken lang moet dragen, is het pure winst om zo minimaal mogelijk mee te nemen. Het advies luidt, draag maximaal 15% van je lichaamsgewicht. Ik hoop dat het totaalgewicht onder de 11 kg blijft maar steeds als ik denk dat ik alles heb, komt er nog weer iets bij dat ook wel handig kan zijn maar ook weer de nodige grammen toevoegt aan het geheel. Het is belangrijk om het principe, zo eenvoudig en licht mogelijk te reizen, hoog te houden en vrijwel alle vormen van luxe te schrappen.

De steen die meegaat om bij het Cruz de Ferro achter te laten.